Pensioenen
Algemene pensioen informatie
Als men het over het pensioen heeft, gaat het bijna altijd over het oudedagspensioen. Als de periode van werken voorbij is en je kunt genieten van een welverdiende rustperiode met een goed pensioen.
Maar bij pensioenen gaat het om veel meer, dan alleen de situatie op pensioendatum. Ook zaken zoals het nabestaandenpensioen en het arbeidsongeschiktheidspensioen zijn van belang. Weening Adviesgroep beschikt over de kennis om u in privé te adviseren over uw persoonlijke situatie in relatie tot de lopende sociale voorzieningen, voorzieningen via de werkgever en de in privé geregelde zaken.
Weening Adviesgroep heeft er voor gekozen om NIET te adviseren in collectieve pensioenregelingen in de sfeer van de werkgever en werknemer. Hiervoor zijn ze een samenwerking aangegaan met een andere partij die hiervoor de specialistische kennis in huis heeft.
Op de website geven we kort per onderdeel uitleg, uiteraard kunnen we in een adviesgesprek samen met u uw eigen specifieke situatie in kaart brengen, waardoor u inzicht krijgt in uw eigen persoonlijke situatie, op pensioendatum, na overlijden of bij arbeidsongeschiktheid.
Oudedagspensioen
Hoe ziet uw inkomen eruit op pensioendatum?
Het is belangrijk om tijdens de werkzame periode periodiek uw pensioensituatie te bekijken of deze in de pas loopt met de ontwikkeling van uw inkomen en voldoet aan uw wensen en doelstellingen.
Bijna alle Nederlanders worden op de één of andere wijze geconfronteerd met een afwijking in de pensioenopbouw, waardoor de in de regeling genoemde 70% van het laatstverdiende loon niet wordt gehaald. We noemen hieronder een aantal oorzaken.
- Pensioenbreuk t.g.v. wisseling van werkkring
- Tijdelijk verblijf in het buitenland
- Geen eindloonregeling
- AOW-gat t.g.v. leeftijdsverschil partners
- Verlies pensioenrechten t.g.v. scheiding
- Geen pensioen via de werkgever
- Geen pensioen als zelfstandige
- Tegenvallende resultaten in een pensioen gebaseerd op beleggingen
- Geen pensioenopbouw over variabele loonbestanddelen (overwerk, provisies etc.)
- Verlies onkostenvergoedingen en de auto van de zaak
- Gemaximeerde pensioenopbouw
- etc
Een oudedagspensioen bestaat normaliter uit een tweetal schijven te weten, de wettelijke Algemene Ouderdomswet van € 12.871,- per persoon (gehuwd cijfers 2023). Deze uitkering wordt aangevuld met het via de werkgever opgebouwde pensioen. Het totaal zou circa 70% van het laatstverdiende salaris dienen te zijn.
In uw eigen privésituatie hebben we vervolgens nog de vermogenspositie, door opgebouwde aanvulling in lijfrentepolissen, kapitaalpolissen, beleggingen of sparen etc… Verder geeft de eigen woning over het algemeen een overwaarde of lastendaling, indien de hypotheek deels- of geheel is afgelost. Ook deze elementen vormen delen van het pensioeninkomen.
Om alles inzichtelijk te hebben is het verstandig om het geheel zo nu en dan tegen het licht te houden en de afweging te maken of e.a. overeenstemt met de verwachtingen en wat er zo nodig dien te worden aangepast.
Nabestaandenpensioen
Wat is er allemaal geregeld na een eventueel overlijden?
Als we het over ene nabestaandenpensioen hebben, dan onderscheiden we feitelijk een drietal verschillende uitkeringen dier er zijn na een overlijden te weten:
- Wettelijke Algemene Nabestaanenwet
- Het nabestaandenpensioen via een eventueel werkgeverspensioen (situatie in loondienst)
- Aanvullingen verzekerd in privé
In onderstaande uitwerking geven we u een algemeen inzicht in deze materie. Indien u dat wenst, kunnen we voor u ene financiële rapportage maken, waarin we uw persoonlijke situatie in kaart brengen bij overlijden, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid en pensionering. In een dergelijke uitwerking houden we tevens rekening met aanwezige vermogensdelen zoals de overwaarde van de woning en spaar- en/of beleggingstegoeden.
Wettelijke regeling
Allereerst is er recht op de wettelijke regeling in de vorm van de Algemene Nabestaandewet, die na overlijden ten behoeve van de achterblijvende partner een pensioen uitkeert van:
Nabestaandenuitkering (bruto) € 15.369,- per jaar
Deze uitkering is gebaseerd op 2 uitgangspunten te weten:
- Er is in het gezin een kind onder de 18 jaar
- OF de achterblijvende partner is voor tenminste 45% arbeidsongeschikt
Voldoen we niet aan deze criteria dan vervalt de uitkering. Daarnaast is de uitkering inkomensafhankelijk. Er mag zonder correctie maximaal 50% van het minimum loon (€ 789,-) worden genoten. Van het meerdere wordt 2/3 gekort op te uitkering.
Eventuele uitkeringen uit andere sociale voorzieningen/uitkeringen worden volledig gekort. Om de nadelige consequenties van e.a. op te vangen kan het verstandig zijn een ANW-hiaat verzekering af te sluiten of een overlijdensrisicodekking.
Werkgeverspensioen
De uitkering van de ANW wordt vanuit de pensioenregeling via de werkgever (indien aanwezig) aangevuld en eventuele pensioenregeling uit een eerder dienstverband. Hierbij is het belangrijk om te weten dat bij wijziging van werkgever nabestaandenpensioen dat op risicobasis is gesloten verloren gaat. Ook kan er sprake zijn van verlies van rechten t.g.v. echtscheiding. Het is en blijft belangrijk om dit goed te checken.
Eigen voorzieningen
Daarnaast zijn er natuurlijk de zaken die eventuele in privé zijn geregeld zoals bijvoorbeeld een nabestaandenlijfrente, een overlijdensrisicoverzekering, de overwaarde in de woning etc.
Het is goed om zo eens in de 3 jaar een nieuwe overzicht te maken van alle voorzieningen die er lopen.
Arbeidsongeschiktheidspensioen
Wat gebeurd er met mijn inkomen bij arbeidsongeschiktheid?
Sinds 1 januari 2006 is de WAO vervangen door de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen). In tegenstelling tot de eerdere WAO gaat de wet niet uit van wat iemand niet meer kan, maar juist om wat iemand nog wel kan. De wet is erop gericht dat zoveel mogelijk mogelijk mensen aan het werk gaan.
In principe is er pas sprake van arbeidsongeschiktheid voor deze wet na 2 jaar. Dit omdat de werkgever in de eerste 2 jaar verantwoordelijk is voor de uitbetaling van het loon bij ziekte. Deze verplichting is tenminste 70% van uw loon en minimaal het minimumloon, het maximum is vastgesteld op 70% van het dagloon (70% van € 69.052,- per jaar (2023)). In de praktijk zullen veel werkgevers middels de CAO zelfs 100% doorbetalen in het eerste jaar.
Na de eerste 2 jaren zijn er 2 mogelijkheden:
- Volledig ongeschikt (>80%) en geen kans op herstel (IVA)
- Gedeeltelijk ongeschikt (35% tot 80%) (WGA)
In het eerste geval is de uitkering 75% van het laatst verdiende loon met een maximum van 75% over € 69.052,- (2023) Bij hoger inkomens ontstaat er dus altijd een tekort.
In de tweede situatie zal er een deel inkomen worden betaald vanuit de wet. 70% over het verschil tussen het oude loon (voor ongeschiktheid) en het nieuwe loon dat mogelijk is (restcapaciteit bij arbeidsongeschiktheid). Ook hier geldt de maximering van € 69.052,- (2023)
Indien de restverdiencapaciteit niet wordt benut wordt slechts ene percentage van het wettelijk minimum loon uitbetaald en zakt het inkomen naar bijstandsniveau.
Het is van belang om te toetsen, wat de invloed is op uw inkomen en de betaalcapaciteit voor de vaste lasten, indien het inkomen terugvalt. Wij beschikken hiertoe over de kennis en de kunde en de hiervoor benodigde rekenprogramma’s.
Lijfrente
Fiscaal vriendelijk sparen voor de oudedag
In de afgelopen tientallen jaren is er door veel mensen maandelijks of jaarlijks een premie betaald voor een zogenaamde lijfrentepolis. Een verzekering, die een kapitaal opbouwt ter aanvulling op het pensioen. De premie is bij betaling onder voorwaarden aftrekbaar en de uitkering is ter zijner tijd belast. In de onderstaande tekst gaan we vooral in op de mogelijkheden van het vrijkomende kapitaal.
Lijfrente “oud regime”
Om de mogelijkheden te bepalen die er zijn met het vrijkomende kapitaal is het belangrijk om vooraf te kijken onder welk fiscaal regime een polis valt. Lijfrentekapitaal dat is opgebouwd via periodiek premiebetaling, met een polis afgesloten voor 16 oktober 1990 of opgebouwd middels een éénmalige koopsomstorting en afgesloten voor 1 januari 1992.
Deze polissen zijn veel flexibeler dan de later afgesloten polissen en het is dan ook belangrijk om te voorkomen dat in de uitkeringsperiode de flexibiliteit verloren gaat.
Er zijn een aantal opties voor “oud regime” polissen:
- direct laten uitkeren (afkoop zonder fiscale boete)
- doorschuiven van het kapitaal
- Omzetten in een direct ingaande lijfrente (alle vormen)
- schenken
Om het oude regime te handhaven zal de uitkering in veel gevallen niet kunnen middels een bancaire lijfrente maar dient een lijfrenteverzekering te worden gebruikt.
Lijfrente “Nieuw regime”
Deze lijfrenteverzekeringen zijn de polissen afgesloten na 16 oktober 1990 en zoals die ook nu nog kunnen worden afgesloten. In de opbouwfase , wordt middels een formule de jaarruimte berekend en/of de reserveringsruimte. Indien uit de formule blijkt dat er in fiscale zin sprake is van een pensioentekort, mag lijfrenteaftrek worden genoten.
Naast de jaarruimte en de reserveringsruimte kan extra lijfrenteruimte worden benut via de Fiscale Oudedagsreserve (ondernemers) of de Stakingswinst (ondernemers).
In de uitkeringsfase zijn deze lijfrentevormen veel beperkter en worden er eisen gesteld aan de hoogte van de lijfrente en de uitkeringsperiode. Daarnaast is het niet mogelijk het opgebouwde kapitaal in één keer te laten uitkeren of over te dragen aan een ander.
In de uitkeringsfase kan het kapitaal:
- worden doorgeschoven
- omgezet in een direct ingaande lijfrente
Toegestane lijfrente vormen zijn (onder voorwaarden):
- levenslange oudedagslijfrente
- tijdelijke oudedagslijfrente
- nabestaandenlijfrente
- overbruggingslijfrente
Deze vormen kunnen zowel in een bancaire lijfrenterekening als in een lijfrenteverzekering.
Uit bovenstaande zal blijken dat het hier echt om een product gaat dat specifieke fiscale kennis vereist. Onze adviseurs beschikken over deze vakbekwaamheid en zijn u graag van dienst me teen persoonlijk advies.
Veelgestelde vragen
Kan ik mijn opgebouwde pensioenrechten ook ergens inzien?
Uw pensioenrechten staan vermeld op de pensioenbrief die u jaarlijks ontvangt via uw werkgever of het pensioenfonds waar u bij bent aangesloten. Daarnaast kan iedereen zijn persoonlijke pensioensituatie inkijken op een website www.mijnpensioenoverzicht.nl Dit kan met de digidcode.
Wat is de consequentie van een echtscheiding op de pensioenopbouw?
In principe zal bij scheiding het pensioen worden verevend of verdeeld. Dat betekent dat 50% van het tijdens de huwelijkse periode opgebouwde oudedagspensioen wordt toegewezen aan ieder partner. Daarnaast zal er een speciaal nabestaandenpensioen worden toegewezen. Uiteraard ligt het aan hetgeen wordt vastgelegd tussen de partijen in een convenant. Het is goed om je hier vooraf goed op te oriënteren. In algemene zin, zal scheiding tot verlies van pensioenrechten leiden.
Kan ik een lijfrenteverzekering ook afkopen?
In principe is een lijfrenteverzekering niet afkoopbaar en zal de polis bij afkoop naast de progressieve belasting ook nog met 20% revisierente worden belast. Afkoop is dus niet interessant. Maar er zijn uitzonderingen zoals afkoop bij arbeidsongeschiktheid, kleine lijfrentes (onder de circa 4.500 euro) en oud regime polissen. De oud regime polissen zijn afkoopbaar zonder revisierente.
Mag ik een vrijvallende lijfrente ook onderbrengen bij een andere bank of verzekeraar?
Ja, u bent vrij om het kapitaal tijdens de looptijd te verplaatsen naar een andere bank of verzekeraar mits e.a. rechtstreeks gebeurd. de gelden mogen niet eerst op uw bankrekening worden gestort. In de uitkeringsfase kunt u op de markt kijken waar u de beste aanbieding kunt krijgen. Uiteraard kunnen wij dit voor u verzorgen, waarbij we tevens rekening houden met de fiscale voorwaarden en de situatie bij overlijden (verlies van kapitaal)
Standaard rekentools kunnen derhalve een fout beeld geven, of een verkeerde interpretatie geven. Een goed advies kan alleen na een goede inventarisatie van de gegeven situatie.